Scheidsrechtersverhalen: dóórfluiten of niet..?!?
Ik heb zelf jááren geleden mijn spelregelbewijs gehaald. Sommige details over afmetingen en speelduur ben ik inmiddels vergeten, een aantal spelregels zijn sindsdien veranderd, en over enkele details heb ik gewoonweg nooit eerder nagedacht.
En zo kom je in iedere wedstrijd wel een situatie tegen waarvan je denkt: “hoe zit het ook alweer..?”
Zo mocht ik afgelopen zaterdag het 4e fluiten. Ene S.H. uit M. kreeg een kans onder de korf, hij werd daarbij “onrechtmatig gehinderd” (in de volksmond: “hij had een heer in zijn nek”), ik floot, S.H. gooide de bal omhoog en… hij zat!
Dóórfluiten dan, toch..?
Nou eh.. nee!
Ergens in mijn hoofd zei een stemmetje: “Dóórfluiten mág niet meer!” Mijn redenatie: ergens halverwege de kans fluit de scheidsrechter af, de verdediger stopt met verdedigen, de aanvaller maakt zijn kans af, en als hij dan mist, krijgt hij als toetje nóg een tweede kans om het doelpunt te maken.
Dus ik liet S.H. gewoon zijn strafworp nemen (sorry, Siem! ;P ). Gelukkig zat die gewoon!
Thuis wilde ik natuurlijk wel even uitzoeken of ik nou gelijk had. (Je gaat toch aan jezelf twijfelen als zelfs de tegenstander komt vragen: “Had u dan niet gezien dat de bal door de korf ging!?”) Wat zegt het spelregelboekje nou precies?
In de officiële spelregels van de International Korfball Federation van 2020 lees ik:
“Wanneer het niet-overtredende team onmiddellijk een scoringskans krijgt en de scheidsrechter fluit nadat de bal de handen van de speler heeft verlaten en op weg is naar de korf, dan wordt, mits aan de voorwaarden van 5.5 (doelpunten) is voldaan, het doelpunt geteld en wordt er geen strafworp toegekend.” (mijn nadruk)
Maar ik floot al vóórdat S.H. de bal had losgelaten. (Nou ja, dat meende ik tenminste… de VAR was even niet beschikbaar.)
Staat er in de spelregels dan helemaal niets over “doorfluiten”? Ik vind op Het Internet nog een handig document van de Werkgroep Spelregels van de KNKV uit 2015, genaamd “De spelregels nader uitgelegd”. Daarin lees ik:
“Formeel heeft doorfluiten geen betekenis, immers, het begin van het fluitsignaal is bepalend; op dat moment wordt het spel onderbroken. Indien bij het begin van het fluitsignaal de bal echter al onderweg is naar de korf en buiten bereik van een verdediger is kan de scheidsrechter een doelpunt alsnog toekennen. In dat geval is het praktijk om door te fluiten; daarmee geeft de scheidsrechter aan de overtreding en alles wat daarna gebeurde gezien te hebben. Het doorfluiten heeft slechts psychologische betekenis; noodzakelijk is het niet, omdat de spelregel aangeeft dat het toch een doelpunt is.”
Het gebeurt dus wel, maar bestaat eigenlijk niet. Grappig toch, hoe ingeburgerd zo’n “psychologisch”, “betekenisloos” fluitsignaal kan raken in de korfbalwereld.
Ik heb in ieder geval mijn les geleerd: volgende keer wacht ik rustig af tot de bal de handen van de aanvaller heeft verlaten, en fluit dán pas voor een doelpunt óf een strafworp!
In mijn volgende Scheidsrechtersverhaal beantwoord ik een andere Frequently Asked Question: hoe zit het eigenlijk met de verschillende fluitSIGNALEN in het korfbal?